Het horizontale evenwicht

In de voorafgaande artikelen ben ik dieper in gegaan op de natuurlijke scheefheid en wat dit voor gevolgen heeft voor het verticale evenwicht. En wat het verticale evenwicht vervolgens weer voor effect heeft op de werking van de lange rugspier en de ontspanning van lichaam en geest.

Waar ik naar toe wil werken is je een helder beeld geven van de 3 fasen van de Atletische Rijkunst, die mij destijds enorm geholpen hebben in mijn ontwikkeling om te begrijpen wat dressuur nu eigenlijk betekend voor het paardenlichaam en wat het doel ervan is. Ik had in eerste instantie deze opbouw voor mezelf als leidraad en merkte dat het de rode draad werd van mijn lessen en de training met de paarden. Dit inspireerde mij om met andere mensen ook deze opbouw te delen, zodat het ze zou helpen een helder en doordacht (fitness) systeem voor hun paard te ontwikkelen. Dat mensen een stuk bewuster zouden kunnen gaan trainen. Weten wat, wanneer, waarom en hoe.

De laatste en eigenlijk ook de belangrijkste fase is de fase van de verzameling en oprichting. Ofwel, het verplaatsen van het horizontale evenwicht. Ik wil je om te beginnen uitleggen wat dit evenwicht inhoud en waarom fase 1 en 2 nodig zijn om dit uiteindelijk te kunnen bereiken.

Het verticale evenwicht gaat over de balans tussen links en rechts van de voorhand. Het horizontale evenwicht gaat over de balans tussen voor en achter. Het is algemeen bekend dat paarden van nature meer gewicht op de voorhand dragen, dat is anatomisch zo bepaald en geldt eigenlijk voor alle viervoeters. Loop zelf maar eens een stukje op handen en voeten (of knien). Je zal merken dat je meer op je handen steunt, daar rust meer gewicht op. Probeer in deze positie jezelf eens te verzamelen en meer gewicht over te nemen met je 'achterbenen'. Wat heeft dit voor effect op je 'voorhand', juist die word lichter! Er komen letterlijk minder kilo's op terecht. Tenzij je onvoldoende kracht en balans hiervoor hebt, dan ga je juist jezelf opvangen met je voorhand.

Het horizontale evenwicht gaat over het verplaatsen van energie, impuls, zonder dat deze verloren mag gaan. De stuwkracht die het paard gebruikt om zichzelf vooruit te brengen, de voorwaartse energie, moet meer en meer overgaan in een opwaartse energie. Dit kost veel inspanning voor een paard. Ze zijn immers vluchtdieren en zijn vooral heel krachtig in hard afzetten om snelheid te kunnen maken. Toch zie je de fysieke mogelijkheid tot verzamelen ook bij los bewegende paarden die zichzelf mooi willen maken. Maar nogmaals dat vergt veel kracht, balans en uithoudingsvermogen en is zeker met een ruiter op je rug geen gemakkelijke opgave.

Om die reden is dan ook het leggen van een goede basis, een gedegen fundering, van enorm groot belang. Die fundering word met name in fase 1 en 2 gelegd. Door te werken aan de symmetrie in de bespiering en ervoor te zorgen dat beide achterbenen even sterk zijn en gelijk in coordinatie, ontwikkeld het paard een goede rompstabiliteit en word klaar gestoomd voor het zwaardere werk. Het verplaatsen van het horizontale evenwicht is pure krachttraining en daarom dient men voorzichtig te werk te gaan om het paard niet te overvragen. Stukje bij beetje zal het paard meer kracht krijgen om de energie meer naar achter te verplaatsen en stijgt hij aan de voorkant letterlijk een beetje op.

Het lichter worden van de voorhand heeft een belangrijk doel, namelijk de kwetsbare gewichten van de voorbenen ontlasten. Wie een foto van het skelet bekijkt (zie mijn e-book over de anatomie en biomechanica) ziet hoe ontzettend fragiel die voorbeentjes zijn opgebouwd. Het is onvoorstelbaar hoeveel gewicht ze kunnen dragen. Maar het is ook niet voor niets dat ze de zwakke schakel zijn bij paarden die hun lichaam scheef belasten en waarbij dit niet verholpen word.

Kijk je naar de bouw van de achterbenen dan levert dit een heel ander beeld op. De achterhand bestaat uit 7 gewrichten. Meer informatie hierover vind je tevens in mijn gratis e-book over de anatomie en biomechanica van het paardenlichaam. Deze gewrichten kunnen in een bepaalde hoek t.o.v. elkaar komen, waarin de achterhand meer inbuigt, hierdoor daalt en meer gewicht over neemt. In het begin is je doel het horizontale evenwicht gelijk te krijgen. Fase 1 en 2 helpen je paard daarbij. De verdeling tussen voor en achter is dan niet meer 3/4 voor en 1/4 achter, maar 1/2 voor en 1/2 achter. Het gewicht is dan gelijk verdeeld. Gaanderweg in fase 3 ga je meer werken richting een verdeling van 1/4 voor en 3/4 achter. Tot het paard dusdanig sterk genoeg is en uitgebalanceerd dat hij 0% voor draagt en 100% achter. Dan bereikt men de levade. Dit kost zoveel kracht en balans dat een paard dit hooguit enkele seconde volhoudt, waarbij de hoek in de gewrichten sterk gebogen blijft.

gewrichtenachterhand

Bij een verzameld paard geldt het volgende; als je een lijn trekt van de schoft tot aan het heiligbeen, dan moet de schoft hoger zijn. Dat is het bewijs dat de achterhand daadwerkelijk is gedaald en de voorhand lichter is geworden. In de piaffe is hiervoor het perfecte bewijs de positie van de voorbenen. Het been wat op de grond staat mag niet achter de loodlijn (een verticale lijn in een 90 graden hoek) zijn. Is dat wel het geval, dan leunt het paard nog te veel op de voorhand. Sommige paarden maken letterlijk een soort hupjes op de voorbenen, waarbij ze de achterhand omhoog brengen. Soms zie je ze wel dalen achter, maar toch nog met de voorbenen te ver onder het lichaam treden. Mijn ervaring is dat dergelijke paarden vaak nog niet recht en sterk genoeg waren in de achterhand, waardoor er onvoldoende kracht en balans is om correct te piafferen. Leert een paard eenmaal fout te piafferen dan is het soms lastig om zo'n 'kunstje' te doorbreken. Dus liever wachten tot het paard er echt aan toe is, dan te snel te gaan. Mede omdat de fundering die gelegd word in fase 1 en 2 ervoor moet zorgen dat de kwetsbare gewrichten in de achterhand (sprong-, kogel- en hoefgewricht) worden ontlast. De oefeningen in deze fasen zorgen er namelijk voor dat de krachtige spierpartijen die zich om het knie- en heupgewricht bevinden goed ontwikkeld worden en die vangen dan de 'klappen' op, zodat de gewrichten minder belast worden

ton2

Ik zeg altijd dat ieder paard de piaffe en levade kan leren. Anatomisch gezien zijn ze er allemaal toe in staat. Een shetlander is hetzelfde opgebouwd als een op en top dressuurpaard. Praten we echter over aanleg, dan is dat een ander verhaal. Het op en top dressuurpaard zal er van nature meer aanleg voor hebben, door de manier van fokken. Daar schuilt tevens het gevaar. Want van dit paard zal ook sneller te veel gevraagd worden omdat hij het zo makkelijk aanbiedt. Maar ondanks dat heeft ook dit paard de tijd nodig om een stevige fundering te leggen om de gewrichten te ontlasten en gezond te houden. Het is niet zonder reden dat de gemiddelde leeftijd van het dressuurpaard voordat hij in de problemen komt op 7 jaar ligt. En ik heb er genoeg meegemaakt die nog een stuk jonger waren. Dat is zo ontzettend zonde. We fokken enorm goede kwalitatieve paarden. Door de tijd te nemen voor een gedegen opleiding kunnen ze tot zeker hun 25e nog op het hoogste niveau meedraaien.

Wat uiteraard een belangrijke rol speelt is de bouw van het paard. De stand van de achterbenen en de hoek in de gewrichten kunnen het voor een paard een stuk lastiger maken als deze niet ideaal zijn. Ook een paard wat overbouwd is zal veel tijd nodig hebben om de kracht en het indalen van de achterhand aan te kunnen. Hieronder zie je een foto van Orchidee in de piaffe. Mocht je haar verhaal nog niet hebben gelezen, dan vind je het hier. Orchidee was al op jonge leeftijd met pensioen gestuurd. Door haar moeilijke bouw had ze alles tegen. Ze was overbouwd en had een ontzettend stijl en lang achterbeen, waarmee ze ook nog eens wijd liep. Iets wat er bij veel arabieren is ingefokt om ze nog harder te kunnen laten gaan. Ondanks dit alles leek voor haar het onmogelijke toch ook mogelijk. De piaffe en de levade. De levade was zeker nog niet perfect ontwikkeld, maar het feit dat we er uberhaupt aan toe zijn gekomen was voor mij wederom het bewijs dat het onmogelijke tot mogelijk kan zijn!

piaffelijnengewr

Ik moet er wel bij vermelden dat paarden die reeds schade hebben aan de gewrichten in de achterhand wel op een grens kunnen stuitten en waarvoor deze zware verzameling in fase 3 toch te veel gevraagd is. Dat geldt niet voor ieder paard, Orchidee had immers ook artrose achter, maar als de schade te groot is kunnen ook de spieren rondom het knie- en het heupgewricht de schokken niet voldoende pijnloos opvangen voor het paard. 

Nou ik merk alweer dat ik ook over dit onderwerp nog veel te vertellen heb en zou het liefst nog even doorgaan. Er valt nog zoveel over te zeggen, maar ik hou me in, want anders word het 'to much' in 1 keer. Je hebt in ieder geval weer een puzzelstukje gelegd voor jezelf door dit te hebben gelezen en het te begrijpen.